In 2017 wordt een bescheiden bbp-groei verwacht van 1,5% nu de industriële en toeristische sector opnieuw groei laten zien, het vertrouwen bij investeerders is toegenomen.
Staatshoofd:
President Beji Caid Essebsi (sinds december 2014)
Regeringsleider:
Eerste minister Youssef Chahed (sinds augustus 2016)
Regeringsvorm:
Coalitieregering van seculiere en Islamitische partijen
Bevolking:
11,2 miljoen (naar schatting)
Onstabiele veiligheidssituatie houdt aan
De huidige coalitieregering van nationale eenheid blijft wankel met spanningen die om de hoek loeren. Deze regering, die bestaat uit zowel seculiere als (gematigde) Islamitische partijen, vertoont een gebrek aan ideologische samenhang, wat een hindernis vormt voor efficiënte besluitvorming. Bij de belangrijkste seculiere alliantie in het parlement, Nidaa Tounes, lopen de spanningen over leiderschap en politieke koers hoog op. Wel is er vooruitgang geboekt met de pogingen om de democratie te herstellen op plaatselijk niveau, nu het parlement onlangs een wet heeft goedgekeurd die de weg vrijmaakt voor de eerste gemeenteraadsverkiezingen sinds de revolutie van 2010/2011.
De binnenlandse veiligheidssituatie is nog steeds gespannen en het risico op nieuwe terroristische aanslagen na verschillende aanvallen in 2015 en 2016 blijft hoog. Naar schatting 3.000 Tunesiërs hebben gevochten of vechten nog altijd voor IS in Syrië en Libië. Velen van hen zijn teruggekeerd en vormen een verhoogd veiligheidsrisico. Deze dreiging tegengaan met behoud van de democratische vrijheden, veiliggesteld na de revolutie, vormt een enorme uitdaging. Bovendien moet de regering de grote sociale en economische problemen aanpakken (hoge werkloosheid boven 15%, slechte leefomstandigheden en trage economische groei) om sociale onrust te voorkomen.
Economische situatie
Bescheiden herstel verwacht in 2017 maar er resten nog belangrijke uitdagingen
In 2017 wordt een bescheiden bbp-groei verwacht van 1,5% nu de industriële en toeristische sector opnieuw groei laten zien, het vertrouwen bij investeerders is toegenomen (na een succesvolle internationale conferentie voor investeerders eind 2016) en cruciale wetgeving inzake de bank- en investeringssector is goedgekeurd. Toch blijft dit herstel sterk afhankelijk van de veiligheidssituatie en een eventuele verslechtering zou de binnenlandse vraag en het toerisme opnieuw zwaar kunnen treffen.
Meer structurele hervormingen zijn nodig om de economische groei te versnellen en de hoge werkloosheid terug te dringen. Bureaucratie aanpakken, corruptie terugdringen en het belasting- en subsidiestelsel hervormen zijn nodig om de economische omstandigheden te verbeteren. Ondanks een nieuwe belangrijke bankwet is de financiële sector nog steeds zwak en blijft het niveau van niet-rendabele leningen hoog. In mei 2016 keurde het IMF een uitgebreide vierjarige financieringsfaciliteit (EFF) van 2,9 miljard Amerikaanse dollar goed. De eerste evaluatie ervan werd eindelijk afgerond in juni 2017, met enige vertraging vanwege de langzame vooruitgang op het gebied van hervormingen (gezien de sociale spanningen en de veiligheidscontext).
In 2016 was er sprake van een groot begrotingstekort (5,4% van het bbp) door de hogere uitgaven voor sociale zekerheid, maar het zal naar verwachting geleidelijk dalen in 2017 en 2018, dankzij het IMF- programma. De staatsschuld steeg tot meer dan 62% van het bbp in 2016, en met ongeveer 65% in buitenlandse valuta is deze schuld kwetsbaar voor wisselkoersschommelingen. Hervormen van inefficiënte overheidsinstellingen en snoeien in de enorme rekening van de overheidslonen (goed voor 70% van de primaire lopende uitgaven) zijn de belangrijkste prioriteiten op het gebied van fiscale hervormingen.
De externe positie van Tunesië is nog steeds kwetsbaar, met hoge jaarlijkse tekorten op de lopende rekening vanwege een zwakkere export, lagere bedragen die arbeidskrachten overmaken (veel Tunesiërs werkten in Libië) en minder inkomsten uit het toerisme. Om beide tekorten te financieren wordt er meer in het buitenland geleend, met een hoge buitenlandse schuld (69% van het bbp in 2016) tot gevolg.
De deviezenreserves dekken de sterke Tunesische afhankelijkheid van buitenlandse financiering niet, en het land zal afhankelijk blijven van multilaterale en bilaterale steun.